Klassieke windmolens in Nederland
Molens in Nederland zijn haast niet weg te denken. Als je kijkt naar allerlei souvenirs kijkt voor toeristen zie je dan ook vaak een klassieke windmolen. Nu heb ik me laten vertellen dat de eerste molens ergens bij de grens van Frankrijk en Belgie werden gezien ruim 1.000 jaar geleden. In nederland waren we ietsje later en op Wikipedia lees ik dat de eerste windmolen rond 1180 in Nederland stond.
Ik ben opgegroeid in de polderlandschappen in de kop van Noord-Holland en daar was het heel normaal om een handvol molens te zien als je op je fietsje weer ergens naar toe ging. Ik heb er nooit zo bij stil gestaan wat voor belangrijke rol deze ludieke gebouwen voor ons hadden vroeger. De polders bleven droog bij de gratie van de molens en de mensen die ze bedienen. Daarnaast werden er allerlei andere handelingen mee gedaan zoals:
* graan, krijt, zonnebloempitten, schors, mosterd en heleboel andere zaken malen
* hout zagen
* lijnzaad of andere zaden naar olie malen
* kruit, tabak of hennep beuken (stampen/pletten)
* koper slaan
* kaf van het koren scheiden
* stenen te slijpen en polijsten
* wol te ‘vollen’ (kneden)
* water malen van A naar B
Toen de stoommachine’s, of nog belangrijker Dieselmotoren, werden geintroduceerd werden de molens steeds meer overbodig. Eerst hielp deze nieuwe techniek de molenaars op windstille dagen toch de productie te kunnen voortzetten. Later namen deze motoren het werk helemaal over en werden de molens monumenten.
Wat ik echter nooit geweten heb is dat molenaars met de omgeving communiceerde door de stand van de wieken. Die kennis deed ik op via Renée. Eigenlijk ligt het ook wel voor de hand omdat de wieken op grote afstand zichtbaar zijn in ons vlakke land. Als je de molen grof bekijkt kan je hem zien in de volgende onderdelen: de romp, de kap en de wieken. Met deze kennis kan ik je nu uitleggen welke standen in kan herkennen:
* Ruststand – Het is het klassieke beeld wat je van een molen hebt. Bij een vooraanzicht vormen de wieken een kruis ( X ). Ik las ergens dat dit bedacht is om de hoogte van de molen te beperken om blikseminslag te voorkomen.
* Korte ruststand – Als je het vooraanzicht van de molen nu hebt is het een (+). Eén wiek staat voor de romp en betekent dat er een korte pauze is.
* Rouwstand – Het 0-punt van een molen of van een omwenteling is als hij voor de romp langs gaat, dus langs het laagste punt komt. Als de molenaar een wiek stil zet vlak voor dit 0-punt betekent dat de wiek ‘gaat’. En dit symboliseert het gaan (overlijden) van een persoon.
* Vreugdestand – De wiek is nu net voorbij het 0-punt als hij wordt vast gezet. De wiek is net het laagste punt gepasseert en dat betekent dat de wiek komt. Dit symboliseert het komen van een persoon. (geboorte) maar het werd ook wel gebruikt bij een huwelijk.
* Feesttooi – De molen wordt in de rust stand gezet zodat er weer een kruis gevormd wordt. Dan worden er horizontaal en verticaal draden gespannen van wiek naar wiek en allerlei versieringen opgehangen. Dit noemen ze ook wel het mooimakersgoed.
Vroeger werden bepaalde molens ook gebruikt in de tweede oorlog om aan te geven dat de Duitsers een invasie planden of uitvoerden of andere geheime boodschappen werden doorgegeven.
Tegenwoordig is er nog 1 teken waar je op kan letten als je langs een molen rijdt. Als er een blauwe wimpel uithangt dan ben je welkom om op bezoek te komen. Het is een teken dat de molen open staat voor bezichtiging. Mocht je er eens een dag op uit willen trekken om veel molens te bewonderen dan raad ik de nationale molendag aan in het tweede weekend van mei.
Ben je nieuwsgierig geworden naar bepaalde molens dan raad ik je aan op de Molendatabase te kijken waar alle werkende en verdwenen molens van Nederland en Belgie zijn geregistreerd. Je vindt er indrukwekkende getallen. Ze hebben 1.193 Nederlandse molens, 15.321 verdwenen molens en 1.798 Belgische molens in het bestand staan.